Het begon met steigers voor het oude stadhuis in verband met een schilderbeurt.

 

Daar keken een aantal Bergenaren een beetje vreemd van op. Er was toch immers geen geld in de gemeentekas, we zaten toch zwaar in de schulden?

Van de consternatie schrok de gemeente blijkbaar, want een woordvoerder werd geactiveerd en hij verkondigde dat regulier onderhoud nu eenmaal een wettelijke verplichting was voor de eigenaar van de panden. In dit geval van het stadhuis was dat dus de Gemeente Bergen op Zoom. Als men dit onderhoud niet deed, zouden er financiële sancties voorgelegd kunnen worden.  Met andere woorden: men moest wel.

 

Nou is er op zich niks mis met het plegen van regulier onderhoud. Sterker nog, het is preventief om onnodige extra kosten te vermijden. Daarbij koestert de Bergenaar alle monumenten in de stad. Het maakt onder andere wat onze stad zo veel meer bijzonder, zo anders, dan veel andere steden maakt. Het versterkt het toerisme, zorgt er voor dat er extra mensen naar ons Bourgondisch plekje komen en zo zorgt het ervoor dat er pecunia de stad instromen. Bergen op Zoom is interessant.

 

Maar toch blijft die opmerking hangen: “Als eigenaar van die panden zijn we verplicht om de panden te onderhouden.” Hmmm…. maarre… wordt er dan hier niet met twee maten gemeten? De Bergenaar kent namelijk een aantal andere panden maar al te goed, waar totaal geen onderhoud aan gepleegd wordt. Wat dacht je van de bouwkoten aan het Conterscherp of de Stadsschuur. Kijk maar eens naar de bijgesloten foto’s. En dat is dan alleen nog maar de buitenkant!! Als hier op dit moment een kritische bouwinspecteur binnenloopt, dan krijgt de gemeente BoZ als eigenaar zijnde, een enorme brandbrief binnen en een dwangsom. Hier is sprake van duidelijk aantoonbare nalatigheid als het om onderhoud gaat.

 

Het is weer al zo’n tien jaar geleden dat er afspraken werden gemaakt over de huisvesting van de bouwclubs. Er zou totale nieuwbouw plaatsvinden. Iedereen blij, en ach, die lekkage, de tocht en torenhoge kosten voor verwarming werden voor lief genomen. Men begreep dat de gemeente niet al te veel geld wilde spenderen aan onderhoud en gebreken. Er kwam immers iets splinternieuws, iedereen blij. Maar….. 10 jaar later zijn die afspraken, ondertekende nog wel, eenzijdig ingetrokken door ons nieuwe zakelijke college. Het gereserveerde geld is verdampt in andere potjes. Geen nieuwbouw, niks, en dat terwijl de huidige huisvesting met goed fatsoen niet meer te gebruiken is.

Ik hoef niet te smijten met het Bouwbesluit of de milieu wetgeving, noch met allerlei NEN, NEN – EN, NEN – ISO en allerlei andere normen. Zoals gezegd, als een inspecteur deze allemaal als kader langs de huidige staat van die gebouwen houdt, dan wordt het een heel zuur rapport naar de eigenaar van deze panden; de gemeente dus!

 

Nu zijn er een aantal mensen van de gemeente, en de politiek, die stellen dat het Stadhuis een monumentaal pand is en die andere genoemde panden niet. Nou, laat ik ze dan maar gelijk uit de droom halen: Voor een monumentaal pand gelden zelfs extra scherpe regels, maar het reguliere onderhoud van de andere panden blijft ook als verplichting staan. In de bouwkoten, eigendom van de gemeente, loopt elke bezoeker op dit moment een risico. En veiligheid staat heel hoog op de agenda van inspecteurs!

 

Ok, nog even terug naar al de consternatie. Waarom roeren de burgers zich op dit moment? Omdat namelijk dit akkefietje er een is in een hele rij “incidenten”. Onze regio is ontzettend rijk aan cultuur met allerlei tradities en nieuwe ontwikkelingen. Het maakt voor een deel de ziel van Bergen op Zoom. Het zorgt ook voor een aanzuigende kracht als het gaat om bezoekers van onze stad. Horeca en middenstand verdienen er aan. Oh ja, onder cultuur vang ik gemakshalve cultuur, kunst en muziek. En ja, heel veel mensen zijn enorm trots op hun bijdragen, individueel of in groepsverband.

Onze stad verkeert in financieel zwaar weer. Dat heeft te maken met foute beslissingen vanuit de politiek, het najagen van stokpaardjes van mediageile personen, maar ook met de financiële situatie in de wereld en een landelijke overheid die opeens de lokale overheden opzadelt met allerlei taken en financiële verplichtingen.

Het is ook niet zo dat Bergen op Zoom de enige stad in Nederland is die er zo slecht voorstaat. Naast ons nog veel.

 

Wat op dit moment steekt, is dat we een zogenaamd zakelijk college hebben, die in uiterste paniekvoetbal de ene bezuiniging na de andere uit de hoge hoed toveren. De kosten moeten naar beneden! We sparen niets en niemand!  Tenminste zo redeneert het college, aangevuurd door veel leden van de Bergse politiek en een drietal externe (niet zo zakelijke maar dik betaalde) collegeleden. Mag ik ook even concluderen dat geen van de politieke partijen schuld bekent over rampzalige beslissingen? Nee, ze wijzen allemaal naar elkaar. Dat station waren we toch gepasseerd? We zouden toch onze politieke geschillen opzij zetten en gezamenlijk de schouders er onder zetten om onze stad te redden?  Of was dit voor de bühne?

Hierbij gaat men voorbij aan allerlei nette regeltjes, zoals juiste en tijdige communicatie, samenwerking en een gezamenlijke blik op de toekomst.

 

De maatregelen op een rijtje:

 

·         Afschalen of zelfs afschaffen van subsidies

o   Wie is het grote slachtoffer: de Cultuur sector

·         Afstoten van panden

o   Wie is het grote slachtoffer: de Cultuur sector

·         Het mes in het personeelsbestand

o   Wie is het grote slachtoffer: de Cultuur sector (cultuurbedrijf)

 

Cultuur wordt weggezet als hobbyisme. Het is leuk dat mensen met iets bezig zijn, het houdt ze van de straat. Of zoals een VVD politicus zei: ‘Maar ik snap dat jullie Vastenavend koesteren, ik vind het ook leuk’.  Sja, of wel een variant op wat onlangs in de krant stond: ‘Je moet wat in deze tijden, de een gaat puzzelen en de ander gaat naar een bouwclub.’

Begrijpen dit soort mensen niet dat er tradities zijn opgebouwd door generaties lang deel te nemen aan het volksfeest Vastenavend? Of je nu bouwt, dweilt, bij de Stichting zit, je horecazaak helemaal verbouwt, of gewoonweg geniet van de Optocht, het is voor heel veel mensen veel meer dan “slechts een hobby”.

 

En dat geldt voor de theatergezelschappen, die trouwens landelijke lof en prijzen verdienen, dat geldt voor al die musici, kunstenaars, schrijvers, eigenlijk iedereen die met passie en hart met cultuur bezig is. Weet de politiek dan niet hoe ontzettend ze al die mensen schofferen door ze als tweederangsploegje weg te zetten, door ze ondersteuning en financiën te ontzeggen? En nu met corona de ruimte ontnemen om zichzelf te ontplooien?

 

Uhhh, moeten we nog een keer vermelden dat horeca en middenstand nauw verweven is met het lot van de “hobbyisten”?  Als die namelijk verdwijnen zullen veel horecagelegenheden en middenstanders omvallen.  Hoppa, die gaan naar de bedelkas van Bergen op Zoom, oh jeekes…. Daar was al zo weinig geld!

 

Elke organisatiedeskundige die een kans krijgt om dit getergde Bergen op Zoom te ondersteunen zal eerst om rust vragen. Geen paniekvoetbal en allerlei maatregelen nemen die op de korte termijn mooi lijken, en op lange termijn blijk geven dat men zich in de eigen voet geschoten heeft.

Niet belangrijk voor die externe niet-zakelijke leden van het college; zij hebben dan hun klus geklaard, de pecunia buidel op zak en alle naweeën zullen hen nooit meer bereiken.

 

Nee, iedereen met verstand van zaken zal vragen naar die stip aan de horizon, waar wil onze stad staan over 20, 30 of wellicht 50 jaar en verder. Wat wil de stad voor haar burgers betekenen? Stel daar ook doelstellingen aan.

Om daar vorm aan te geven dien je de organisatie onder de loep te nemen. Welke klantprocessen onderken je? Hoe ga je hierin te werk, met welke mensen en wat is hun takenpakket? Welke partners onderken je in al die processen. Betrek de burger en de beschikbare organisaties er bij, laat hen op zijn minst meedenken. En ja, zorg voor een eenduidige communicatie naar de burger, wees transparant.

 

De politiek mag zich bij bovenstaande wel eens aan de eigen neus trekken. Is de politiek er om uiting te geven aan wat de burgers willen en wensen? Of zijn de heren en dames politici bezig met het strelen van het eigen ego?

 

Enfin, als we kijken naar de grote kansen voor de Gemeente Bergen op Zoom om inkomsten te genereren, dan ligt dat zeker niet in de industrie of land- en tuinbouw. Daar hebben we geen grond voor, noch de geschikte locaties. Nee, kennisindustrie, diensten en toerisme zijn de pijlers waar we ons mee op de kaart kunnen zetten, waarmee we de stad aantrekkelijk kunnen maken voor investeerders, toekomstige inwoners en bezoekers.

 

Zet dit nu eens om in een gedegen bedrijfsplan, dat over verkiezingen heen de rode draad vormt. Betrek de cultuur sector erbij, allerlei maatschappelijke organisatie, de scholen, maar ook de ondernemers uit onze regio.

Maak geen plannen om De Schelp af te stoten naar de particuliere sector. Maar zet er wel een ondernemer in plaats van een halve ambtenaar. Hun denkwijze is totaal verschillend. Waar de laatste denkt hoe hij slechts een gesloten boekhouding krijgt met zijn overheidsgelden, daar zal de ondernemer denken in kansen en mogelijkheden. Deze zal nieuwe initiatieven ontplooien, het heet namelijk “ondernemen”. En dit geldt voor een aantal zaken, zoals Gebouw T, en meerdere openbare gebouwen.

Door het afstoten van panden aan derden, weet je in ieder geval dat je de totale regie kwijt bent. Dat je er niet van moet opkijken dat verbouwingen, zogenaamde “renovaties”, of misschien wel afbraak er voor zorgen dat we geschiedenis en karakter kwijtraken.

 

Als laatste spreek ik mijn hoop uit dat de Bergse politiek eens aan de slag gaat met echte samenwerking, dat ze zorgt voor echte eerlijke communicatie en dat er eindelijk een visie komt voor onze stad, die nu middels paniekvoetbal slechts onderhevig is aan totale afbraak.

Ik hoop dat onze burgervader dit ook zo ziet en aldus meestuurt om het tij te keren, anders verworden we echt aan dat pierewaaiende, in slaap gesukkelde, oninteressante provinciestadje dat nooit meer tot leven kan worden gewekt.

 

Daarnaast wordt het tijd dat de cultuursector nu eens echt tot één gezamenlijk podium komt. Dat men daadwekelijk samen gaat werken, plannen gaat maken, zelf een visie ontwikkelen. Zo word je een belangrijke partner voor de gemeente. Zo zet je jezelf op de kaart als partij waar de politiek niet omheen kan. Zodat er niet louter beslissingen over je genomen worden, maar dat er beslissingen met je genomen worden.

 

Nalatig onderhoud?  Kijk hier maar eens