‘Dèèr zijn me wir’ is de nieuwste voorstelling van Leutkommietee D'n Olifanten'aar die ook dit jaar weer in De Maagd zijn plaats vond.

 

Evenals twee jaren geleden was er weer een rode draad terug te vinden: korte scènes van twee buurvrouwen die elkaar iets te vertellen hebben. Dit keer werd het thema van deze Vastenavend constant op de hak genomen met de slotuitspraak:”Die lop d'onderd meter ok nie in ‘ellef seconde”.  

 

 

Dans, zang en hele herkenbare situaties, dat is nu precies wat ruim 130 jongeren tussen de 10 en de 18 jaar het publiek voorschotelen in een wervelende voorstelling. De deelnemertjes komen uit allerlei organisaties van Bergen op Zoom en hebben behoorlijk wat repetitie-uren zitten in de voorbereiding. Net als twee jaren geleden was het publiek weer laaiend enthousiast.

Hoe herkenbaar, een docent die niet uit het Krabbegat vandaan komt en vaag bekend is met Carnaval maar totaal niets weet van de Vastenavend. De leerlingen zijn er dan als de kippen bij om de ‘Meester’ even duidelijk te maken hoe het er hier aan toe gaat. Het duurt dan ook niet lang voordat de hele klas luidkeels zingend uit het dak gaat.

Het Bergs dialect speelt een grote rol in het hele Vastenavend feest. De liedjes zijn in de Bergse taal natuurlijk en dan moeten de ‘stripkes’ wel allemaal op de juiste plaats staan om de juiste klanken te kunnen produceren. In een eerdere sketch was ook al te zien hoe belangrijk het beheersen van het Bergse dialect is bij het aan de haak slaan van een ‘leutig meske’.

De jeugd van tegenwoordig kent vele moderne hobby’s, gewoonten en eigenaardigheden die sterk afwijken van vorige generaties. Maar tijdens deze gehele voorstelling komen de typisch Bergse wijze van Vastenavend kleding en ’t beroemde ‘dumke aan de neus’ vaak en vooral heel gemeend en hartverwarmend voor.

In deze show werd het publiek ook meegenomen in een heuse terugblik in het verleden. We zagen een heel vroeg ‘Vastenavend gezelschap’ uit 1930 voorbij komen waarin de caranavalsvierders in deftige taal werd verzocht zich niet te buiten te gaan in alcoholische dranken en vreemd dans gedrag.

Na het moment uit een diep verleden was het nu de beurt aan een fragment uit het heden. We zagen een gezin aan tafel zitten. Pa en Ma willen met de kinderen lekker de stad in om het Vastenavend feest te vieren. De kinderen zien dat niet zitten, die gaan liever met hun vrienden weg en zoude zich schamen om met hun ouders gezien te worden; een bijzonder vermakelijke scène.

 

 

Wie anders dan leerlingen van Boogie Down laten de samensmelting zien van de pure Vastenavend traditie met het moderne dansen dat juist de jeugd gewend is. Heerlijke ‘hiphop meets het Vastenavend dweilen’ zou je kunnen zeggen; een waar genot om te zien.

Hippe dansbewegingen op swingende muziek met een opzwepende beat, en toch…. Moeiteloos wordt er geswitcht naar de pure Vastenavend beleving inclusief dweilen en dumke aan oew neus. De overgang is niet te zien, niet te horen maar de beleving is er niet minder om. Het is een prachtig toonbeeld hoe de jeugd van tegenwoordig dit oude traditierijke feest op de eigen manier benadert.

Geweldig is de scène waarin een zestal jeugdigen vanuit hun gezichtspunt de Vastenavend beschouwen: ‘Dit is géén prins op het witte paard die mij komt redden, hier hebben ze de gave om telkens de ‘lillukste vent’ als prins te kiezen.” Verder schamen ze zich om hun ouders zo te zien ‘dansen’ of zelfs tijdens ‘Tussen de Schuifdeure’ op het podium te zien ‘dweilen’.

Zelfs een klassiek strijkorkest kwam voorbij, maar al snel werd duidelijk dat de kwinkslag naar Bergse begrippen vlak om de hoek ligt. Heel aandoenlijk was een piepkleine violiste die maar op het podium bleef buigen terwijl de rest al verdwenen was. Het publiek reageerde met een daverende ovatie voor deze mini-deelneemster aan de voorstelling

De slotact toont hoe graag de kinderen deel zouden willen uitmaken van het Vastenavendfeest als ze ons toevertrouwen dat ze heel graag in een dweilband willen spelen.  Het is een passend einde voor een voorstelling die ons meeneemt in de gedachtewereld van onze jeugd, maar daarbij tevens toont dat de liefde voor het Vastenavendfeest hen met de paplepel is ingegoten.

Leutkommietee D'n Olifanten'aar laat ook dit jaar weer zien dat Berrege trots is op het grootse feest dat Vastenavend heet en dat met name de jeugd al vroeg haar duit in het Vastenavendzakje doet. Het is aandoenlijk en tegelijk stikleutig om te zien hoe dit Bergse feest waarlijk in de genen zit. En dat is een goed teken voor de toekomst!