Vastenavend 2016 zal voor twee vooraanstaande leden van de Boereploeg een heel bijzonder jaar worden: Steketee en De Gróótste Boer. Natuurlijk kijken we als BoZinBeeld.nl terug op eerdere gesprekken die we met deze markante figuren hadden.

 

 

De man van 't Protocol, de man met de blekke tutter, De Gróótste Boer aan het woord:

 

Wat is je volledige naam?

Kees Theunisse, met de Vastenavend Ceremoniemeester, vervangend Burgemeester, en gastheer van de Oòg’eid

 

Wat waren je gedachten toen je gevraagd werd voor deze functie?

Het was hartje zomer 2007. De Voorzitter van de Stichting Vastenavend kwam langs. Hij vroeg aan mij of ik toch wel wist welke rol er vrij was, namelijk de eervolle functie van Gròòtste Boer. “Mar netuurlek” zei ik toen.

Het verzoek is wel iets om goed over na te denken, en dat heb ik gedaan. Ik had het al aardig druk met het een en ander in mijn leven. Ik heb het ook met mijn vrouw overlegd, of misschien eigenlijk meer medegedeeld. Ze komt uit een diepgewortelde Berregse familie. Vanaf het begin had ik het gevoel het te moeten doen. Ratio speelt daarin niet zo’n rol. Het is zo’n prachtige baan en eer dat er wat mij betreft geen redenen zijn het verzoek voorbij te laten gaan.

 

Wat zijn voor jou, als individu, de ‘krenten in de pap’?

Dat is al heel veel jaar de Intocht, en zeg maar heel de zaterdag van de Intocht. Dat vind ik al vele jaren de mooiste dag van het jaar, ook toen ik nog geen Gròòtste Boer was. Het is ook voor mij een intensieve maar geweldig leutige dag. Het moment dat de Blauwe Schuyt aan het Stationsplein en tegenwoordig in de Stationsstraat verschijnt met de Oòg’eid en de nar vind ik adembenemend. Natuurlijk geniet ik ook van de “ellef gebóóje en het “Pratje op het biljart”. De emotie van de Sluiting, het als één vastenavendvolk hetzelfde voelen, het Merck toch hoe Sterck op de Sluiting, de dankbare bezoeken aan de hulpbehoevenden. Er zijn heel veel krenten in de pap.

 

Wat is voor jou het ultieme Vastenavend gevoel?

Een dampend café waar iedereen opgejaagd wordt om te dweilen door opzwepende Vastenavendmeziek van een fanatiek dweilorkest, waar je niet bij stil kan blijven staan. Of het bal na “Tusse de schuifdeure” waar we met de ouderen geweldige momenten beleven. Het ultieme vastenavendgevoel is ook samen zijn met alle Krabben de chemie van de Leut voelen en beleven, zoals bij de Geit op 11-11, de binnenkomst bij het Neuzebal, het in ontvangst nemen van de stadssleutel, het meerijden in de Intocht en Optocht en zoveel andere gouden momenten.

 

Waar kijk je naar uit elke Vastenavend? En wat zijn je verwachtingen?

Ik kijk uit om op ieder bal te verschijnen met de Prins & gevolg. Dat zijn altijd hele waardevolle momenten. Ik kijk ook uit naar de interpretatie van de Krabben op het motto. Het is een uitdagend motto. Maar, zoals al aangegeven, kijk ik het meeste uit naar de zaterdag van de Intocht. Da vin ik de móóiste en leutegeste dag van ’t jaar, en da zal éél m’n leve zo blijve. Mijn verwachtingen zijn elke keer, en dat zeg ik met zekerheid, dat het een Vastenavend wordt waarbij we weer oprecht kunnen zeggen: “Zo’n goeie ebbe me nog nooit nie g’ad!” En het maakt niet uit of het een “vroege” of een “late” is. Naar alle bals waar damme wir in de ziel van ’t féést kenne kruipe.

 

Hoe lang doen je voeten nog zeer nadat je de ‘Vastenavendschoentjes’ uit gedaan hebt?

Als je weet dat we 25 dagen-avonden achter elkaar weg zijn met de ploeg en we zo’n 100 bals en festiviteiten bezoeken, dan is enige rust wel welkom. Het is een vreemd gevoel, zo na de Vastenavend, zonder de vrienden waar je een intense maar onmisbare periode hebt doorgemaakt. Het is dus niet alleen fysiek weer in een normaal ritme komen, maar ook emotioneel de afgelopen Vastenavend overdenken, genieten van de mooie herinneringen, en die warmte vasthouden.

 

Hoeveel ‘Dweil-uren’ heb je achter de rug als ‘Asselewoensdag’ voorbij is?

Ik zou het echt niet weten. Het gaat er ook niet om hoeveel. Ik weet zeker dat het er heel veel zijn, want wij dweilen overal waar we binnenkomen, maar het kan nooit genoeg zijn. Het gaat er om dat we met het hele Krabbegat, voor alle Krabben die dat willen, de Vastenavend vieren. Ieder jaar staat op de kalender dat het Vastenavend is. Dat is een eeuwenoud feit en dat zal nog eeuwen duren. Dat we in het Krabbegat daar een eigen invulling aangeven die je nergens op deze aarde tegenkom, is bijzonder en te koesteren. Onze Vastenavendidentiteit is een aaneenschakeling van unieke momenten, tradities, beleving en verwondering, dat hoeft niet in tijd afgemeten te worden.

 

Wat is volgens jou het hart van Vastenavend?

Da d’is ’n bietje menselijke werremte, liefde vor ’t féést, gin sjaggerijn, nie teveul denke, ok al emme d’r voor deurgeleerd, mar doen! ’t Viere van de Vastenavend en ’t leve, fééste, erreme om’òòg, mè maske en gerdijn, en van mekare n’ouwe.

 

Wat maakt iemand tot een echte dweil?

’n Echte dweil is on’erkenbaar, oew’eige zijn, z’n eige verbonde voele mee alle Krabbe, en de dweil die ’t bestaan van ’t sjaggerijn nie ken, leut gift aan andere, en dankbaar is vor ’t féést.

 

Er gaan elk jaar weer geluiden op dat Vastenavend overdreven is en dat het teveel kost; wat is je reactie hier op?

Feitelek levert ’t veul meer op dan da d’t kost. ’t Kost wel enerzjie om oew’eige in te zette vor de leut van ’n ander. Mar da d’is dan ok wir oew’eige leut! Mot éérlek bekenne da d’ik gin mense ken die Vastenavend overdreve vinde!

 

Ook de Vastenavend evolueert. Hoe zie je dat zelf?

Los van de tredisies, waar me zuineg mee motte omspringe en die me koestere, is ’t vanzellefspreked datte Vastenavend evoluweert. Agge kekt nar bevobbeld de beleving, d’opkomst van sosjal miedieja, de kinderbouwklups, ’t onstaan van nuuwe evenemente, ’t stijgend aantal bals damme bezoeke, en nog veul meer, dan leg t’r ’n goeie basis vor nog ééuwelang Vastenavend. Iniesjatieve vanuit de Krabbe zellef za’k altijd stiemulere en is van levesbelang vor ’t féést. Mar ok de sosjaal-maatschappeleke betekenis om bij ’n bouwklup, ’n meziekske’of bevobbeld de ICB t’ore is éél waardevol!

 

Hoe langer je de functie bekleedt binnen Stichting Vastenavend, zeker als Prins, Nar, Steketee of Gróótste Boer, hoe meer jouw persoon als die figuur gezien wordt. Hoe ervaar je dat zelf?

Da’s inderdaad zo. Da d’is al zo amme op ’t Neuzebal de zaal binnekomme, as of t’r ’n kernreaktor mee leut ontploft en gij dèèr déél van uit mag make. Da d’is onbeschrijfelek. Mar ’t zijn van de figuur die ge speult is bij mijn ok ’t mement da d’ik op de vrijdag vor d’n ‘Of’avend mar ok op de zaterdag van d’Intocht m’n zwarte pak aantrek, m’n vrouwke ‘t nog effe nakekt of daddut goed zit, en ik m’n maske opzet en m’n plu en koffer pak. Da gevoel is nie te beschrijve.

 

Kun je ons, krabben en krabbekes, een ge’eim vertellen dat alleen de Stichting weet? Of jijzelf?

Ja, mar da doen ik nie. Want dan kreg ik zellef nooit mir ’n g’eim t’ore….. Hoeveel schoenzolen verslijt je, of zaddoeke verbruik je, tijdens de Vastenavend? Agge 120 bals bezoekt, dan zijn de zole nie aan te slepe en zijn ik al blij meej ’n alleve zool. Zaddoeke n’ore ok ’n bietje bij ’t pak en ’t uiterlek van de Gròòtste Boer en ik denk zo’n 22 eksemplare.