Vandaag een stap terug in de tijd gezet door in de omgeving van Ieper rond te struinen.

 

Al eerder waren Henk en ik in Ieper geweest en de stad en haar omgeving maken gewoonweg indruk op je. Er is in deze regio in de Eerste Wereld Oorlog heel hard gevochten en dat merk je op elke hoek. De omgeving ligt bezaaid met meer dan 170 begraafplaatsen en Ieper zelf is helemaal opnieuw opgebouwd op kosten van met name de Duitsers in het kader van de 'Wiedergutmachung'.

In de fotoserie zie je als eerste een aantal foto's die ik al eerder had geschoten tijdens ons eerdere bezoek. Vandaag reden we als eerste direct naar Ieper zelf en al snel reden we onder de Menenpoort door. De Menenpoort is een stadspoort die aan de oostzijde van de oude stad ligt. De poort werd gebouwd als Brits oorlogsmonument en draagt de namen van 54.896 vermiste soldaten. Elke dag om acht uur 's avonds wordt de Last Post er gespeeld door de leden van de Last Post Association, als herinnering aan de gesneuvelden in Ieper. We stopten bij de kathedraal achter de Lakenhal op de Grote Markt. Alweer was het hier kermis. Henk en ik schijnen hier alleen te komen als het hier kermis is en dan krijg je dat verdomd fraaie gebouw niet mooi op de foto. Henk stapte bij de plaatselijke VVV binnen voor een route langs de monumenten in de 'oorlogsstreek' van België. Omdat Henk toch genoeg tijd in de parkeermeter had gegooid besloten we om dit keer een kijkje in de kathedraal te nemen. De Sint-Maartenskerk, of wel Sint-Maartenskathedraal, was vroeger de kathedraal van het voormalig bisdom Ieper. De opnieuw opgebouwde versie heeft een opgehoogde torenspits en meet nu maar liefst 100 meter hoog. Je ziet hem dan ook al van ver buiten Ieper.

 

Het is tijd om in de omgeving te gaan kijken en niet te ver buiten Ieper vinden we de Essex Farm Cemetery. Op deze begraafplaats ligt de Canadese arts en dichter John McCrae. Hij schreef op 8 december 1915 'In Flanders Fields', een gedicht dat wereldberoemd zou worden en nog altijd de wereld wijst op de verschrikkingen van oorlog.  

 

Terwijl ik daar rondliep moest ik wel een en ander aan het papier toevertrouwen:

 

 

Tijd Verkleurd

 

 

In Flanders Fields

dwalen gedachten

in hoofden van passanten

waar God nog altijd waakt

over onbekende gevallenen.

 

 

Open gewoelde aarde

murw geslagen

door smeltend staal

bedwelmd door

onzichtbare dood

nu bedekt

door slecht onderhouden gras.

 

 

Stilletjes in rijtjes

vuil wit van kleur

hier en daar 'n teken van leven

wiegend in de zon

die zoals altijd

neer kijkt

op Flanders Fields.

 

 

Het kerkhof op zich is klein en ligt er niet fraai bij. Wel wordt op een gedenksteen het gedicht van McCrae gememoreerd.  Het gedicht luidt als volgt:

 

In Flanders fields

 

In Flanders fields the poppies blow
Between the crosses, row on row,
That mark our place; and in the sky
The larks, still bravely singing, fly
Scarce heard amid the guns below.

We are the Dead. Short days ago
We lived, felt dawn, saw sunset glow,
Loved, and were loved, and now we lie
In Flanders fields.

Take up our quarrel with the foe:
To you from failing hands we throw
The torch; be yours to hold it high.
If ye break faith with us who die
We shall not sleep, though poppies grow
In Flanders fields.

 

 

In de stilte van mijn eigen gedachten, leunend op de muur van het kerkhof, is het dus niet vreemd dat ik zelf inspiratie kreeg om iets aan het papier toe te vertrouwen. En gelukkig heb ik altijd pen en papier bij.

Ondertussen liep Henk overal want hij is werkelijk onvermoeibaar om echt alle mooie hoekjes te ontdekken. Hij was het ook die het graf van McCrae vond.

 

We gaan verder op pad en ontkomen niet aan het Tyne Cot Cemetery dat bij Zonnebeke ligt. Deze opmerkelijke begraafplaats is de grootste Britse begraafplaats in de wereld met meer dan 12.000 graven. 4.000 van deze graven kennen geen naam. Iets dat ik al eerder zag. Dan zie je op een grafsteen:"A soldier of the great war.  Known unto God." Dat alleen al brengt kippenvel op je armen.

Dat gevoel wordt alleen maar versterkt als je de ovalen hoek ziet waarvan de muren 35.000 namen vertonen van soldaten waar niets meer van terug gevonden wordt. De donkere luchten in combinatie met het heldere zonlicht op de witte muren van de monumenten en het grote kruis maken het tafereel onwezenlijk en eigenlijk maakt het geheel best wel indruk op me. Het is mooi om op deze wijze stil te staan bij de vrede die onze generatie al zo lang heeft maar waar wel keihard voor gevochten is.

 

Vadertje tijd doet de klok zich voort spoeden en we beseffen dat we nog een 200 kilometer reisje voor de boeg hebben. Dus gaan we op huis aan. Maar toch,... net na die rotonde staat ineens dat oude boerderijtje. Henk en ik kijken elkaar aan terwijl de auto vanzelf in de ankers gaat. Nog één foto dan?